“Zo zit ik ineens bij iemand thuis aan de appelsap van eigen boomgaard met een stuk banketletter”
Kennedymars, een wandeltocht van 80km. Vooraf heb ik al dispensatie bij de organisatie gevraagd of ik eventueel mag hardlopen. Dit is erkend. Of ik echt ga meedoen heb ik aan de weergoden overgelaten. Want ik ga niet voor mijn lol 80km hardlopen in de stromende regen. De weergoden zijn mij gunstig gezind, want het beloofd een (redelijk) droge nacht te worden.
Zo fiets ik donderdag aan het einde van de middag naar Sint Annen waar de start is. Ik ben redelijk op tijd, zodat ik na het fietsen nog even de benen kan rusten. Bennie is er al, en niet veel later komen Janneke, Han en Eddy ook binnen. Kopje thee, plakje cake, en dan richting de bekende dorpsklok voor de start. Daar is Marco ook nog, die ook mee doet.
Om stipt 18.00 (atoomtijd) klinkt de klok en vertrekken we. Ik ga gelijk weg, want de wandelaars zijn een stuk warmer gekleed, dus ik wil graag bewegen. De eerste meters merk ik gelijk dat het plaatselijk glad kan zijn. Op een of andere manier zitten in de eerste kilometers de meeste gladde stukken.
Zo kom ik na een ruim uur weer in Westeremden, waar ik paar weken geleden nog een marathon liep. Het is volle maan en de lucht is helder, toch ben ik blij dat ik mijn hoofdlamp ter ondersteuning heb. Op 25km herken ik een plek waar ik afgelopen zomer ook langs kwam tijdens het lopen van het Tiggelpad. Ik wandel even en maak een foto, een man van in de zestig zit er op een bankje en we raken aan de praat. Na een paar minuten zegt hij ‘ik fiets wel even een stuk met je mee, misschien komen we wel langs mijn huis kunnen we daar koffiedrinken’. Het is gezellig, en hij vindt het zeer fascinerend waar ik mee bezig ben. Zelf vertelt hij over zijn reizen in Oost-Europa, en dat hij redelijk ‘off the grid’ woont, na een paar kilometer komen we zowaar langs zijn woning en hij nodigt me nogmaals uit. De man heeft zeker mijn interesse gewekt, dus ik besluit het aanbod te accepteren. Op een groot terrein in een weiland staan wat kleine gebouwtjes. Binnen is het licht en er is een houtkachel. Ik krijg appelsap van eigen appels en een stuk banketletter. Het zit er prima, maar na een minuut of 20 wil ik toch verder. Ik trek mijn regenjas aan, als extra laag tegen de kou. We schudden elkaar de hand en ik ga weer naar buiten. Buiten is ineens veranderd, de lucht is nog helder maar er waait ook hele kleine sneeuw door de lucht. Met mijn lamp heb ik maar een meter zicht, maar ik loop zielsgelukkig de nacht weer in, wat een mooi en onverwacht bezoek.
Mijn tocht in de nacht gaat verder, via Godlinze, Losdorp en Spijk kom ik bij de Waddenzee. De sneeuw is allang weer verdwenen en ik volg de kustlijn. Na een paar kilometer gaat de route weer van de kust af, en let ik even extra op want hier moet de verzorgingspost ergens zijn. Het eerste huis rechts, daar is zoals beschreven inderdaad een schuur, ik open de deur en vindt het krat met cola, koek, worst, kaas, mars en twix. Even zitten, maar het is er niet veel warmer dan buiten dus ik doe mijn rugzak weer op en ga de nacht weer in.
Geen sneeuw meer, maar lokaal kan het zeer mistig zijn. Ik zie soms op mijn horloge ‘over 1 meter links’ en dan maar hopen dat er inderdaad een afslag komt. In de mist is het ook gelijk een paar graden kouder (weerstation Eelde: -6.5°c) maar ik kan het redelijk warm houden. In de verzorgingspost merkte ik dat er druppels water over mijn gezicht rolde, nu snap ik pas waarom. Door het zweet is mijn haar bevroren.
Via Bierum kom ik weer bij de kust, en volg de Waddenzee weer. Niets zo mooi als het wad bij nacht. Via de buitenwijken van Delfzijl en Appingedam kom ik bij het Eemskanaal. Het meeste van de route is verhard, maar hier is weer een stuk gras. Ik besluit dit stuk te wandelen, het gaat niet extreem lekker en wil natte voeten graag voorkomen. Mijn maag speelt wat op, en bedenk dat ik relatief weinig gegeten en gedronken heb. Ik neem mij voor om consequenter aan mijn voeding te denken. Minstens 500ml (hi-energy) sportdrank per 10 kilometer, dit blijkt te werken want maag wordt weer wat stabieler en herpak mijzelf.
Na de relatief bewoonde wereld volgt het stuk rond het schildmeer. Hier is het donker en bij vlagen bijzonder mistig. Vogels vliegen massaal op als ik met mijn lamp nader. Ongeveer een uur later beland ik in Overschild, nog ongeveer 10km tot de finish. Ook een voordeel is dat ik vanaf hier de route uit mijn hoofd ken, dus niet constant op mijn horloge hoef te kijken voor de navigatie (en dan ook zien nog 20.5 km, en ‘stuk’ later nog 20.2 km)
Door Woltersum naar Ten Boer en dan het laatste rechte eind richting Sint Annen, voor mijn gevoel denk ik nog wel rond de 6.10-6.20 per km te lopen, later thuis op de computer blijkt het toch echt wel een halve minuut per km langzamer te zijn.
Maar snelheid is ook niet belangrijk in deze loop, het is iets voor vieren en ik ben weer terug in Sint Annen. Er staat een thermoskan warme chocomelk voor mij klaar met een puddingbroodje. Heerlijk! Het hardlopen zit erop, maar de laatste etappe is nog 12km naar huis fietsen. Drie paar sokken, twee truien, twee broeken, muts en jas fiets ik weer terug naar de stad. Ik ben voldoende warm maar heb slechts 1 paar handschoenen aan, te weinig of te dun want bij thuiskomst is de eerste zorg om mijn pijnlijke vingers weer te ontdooien. Meestal neem ik bij thuiskomst een (zoute) snack (pizza, friet, kaassoufflé) maar nu wil ik vooral warm douchen en naar bed. Rond half 6 ben ik beland waar ik wil wezen. Bed.
Ik slaap anderhalf uur, en eet een maaltijd. Een cyclus die zich daarna nog vier keer herhaald. Het was een mooi avontuur!



One response
Spijk en Bierum kom ik jaarlijks, hoort in het rijtje Parijs, Londen, New York. Zeker bij nacht!
Man, man, wat was ik daar graag bij geweest. Om nog maar te zwijgen van de thermoskan choco in St Annen. Ik visualiseer u als een zuigeling aan de tiet, een student aan den toog of iemand met 80km in de beentjes in St Annen. Allemaal dezelfde genotstoestand.
En dan de kers op de taart. Bij -/-6,5 Celsius in de mist naar huis mogen fietsen naar de Bloemenwijk, alwaar niemand op u zat te wachten, alwaar geen warme pizza in de oven stond en waar niemand zeide “ik fiets wel ff naar FEBO voor een bakje zoute frites”.
Maar wat een zeldzaam zinloze belevenis was deze Kennedymars weer, opgetekend als door de pen van Harry Mulish himself. Als of ik er zelf bij was, en (helaas) ook weer niet.
Gaat voort met deze zelfkastijding!